De besmette stad

De besmette stad

Het is 100 jaar geleden dat Paul van Ostaijen ‘Bezette stad’ publiceerde. De bundel is nog steeds een feest om te lezen. Poëzie met een gevoel van vrijheid, die ongeëvenaard is. De bundel spettert van het leven en levert kritiek op de historische context waarin hij is ontstaan, het bezette Antwerpen in de Eerste Wereldoorlog. Hij schreef de bundel in Berlijn waar hij zich liet inspireren door het communisme, de avant-gardekunst en het dadaïsme. Dit resulteerde in een waanzinnige typografie zonder losgezongen te raken van betekenis. 

Vijfenzestig hedendaagse kunstenaars ‘antwoorden’ op ‘Bezette stad’ met de ‘Besmette stad’. Deze nieuwe bundel staat vol met teksten gïnspireerd door de gedichten van Paul van Ostaijen maar dan uit de lock-down-tijd. 

 

 
 
 
 

Aan de slag

De bundel bracht mij op het volgende idee: ik  vraag jullie om een eigen ‘antwoord’ te schrijven op het volgende gedicht van Paul van Ostaijen: 

Marc groet ’s morgens de dingen

Dag ventje met de fiets op de vaas met de bloem
                                                                       ploem ploem
dag stoel naast de tafel
dag brood op de tafel
dag visserke-vis met de pijp
                            en
dag visserke-vis met de pet
                        pet en pijp
            van het visserke-vis
                     goeiendag

Daa-ag vis
dag lieve vis
dag klein visselijn mijn

Paul van Ostaijen, uit Music-Hall

Een ‘antwoord’ kan alle kanten op, zowel in proza als in poëzie, van een eigen groetgedicht tot een essay over manieren van hallo en dag zeggen. Je kunt je laten inspireren door het gedicht hieronder van Ingmar Heytze, een gedicht dat geïnspireerd is op het bovenstaande van Paul van Ostaijen. Het staat in: “De honderd van Heytze’. Kijk maar waar je uitkomt. Alles is welkom. 

Dit is  het antwoord van Ingmar Heytze:

Dichter groet ’s morgens de dingen

Dag kruk, dag zeikerds, dag café,
hé fiets, ha slot, ga nou eens open,
juist. Zeg voorwiel, blijf eens recht,
o handen, hou dat stuur nou vast,

dag schots en scheve sterrenbeelden,
vlieg toch niet zo snel voorbij,
dag harde koude kinderhoofdjes
blauwgroen in mijn ribbenkast-

ha die voordeur, leeg portiek,
hoi trap, daar kom ik, stommel stommel,
antwoordapparaat vol ruis,
we zijn weer thuis. Dag twijfelaar,

wat ben je koud en leeg
zo zonder haar.

 
 
 
 

Veel plezier met deze schrijfopdracht, Els